
Ontmoet Martijn: tussen wetenschap en praktijk

Als trainer van onze wielerploeg AG Insurance-Soudal Quick-Step, is het een genoegen om mijn verhaal te delen over mijn rol binnen de ploeg en de filosofie die mijn aanpak als trainer bepaalt.
Ik raakte betrokken bij de wielerploeg via een directe lijn met Natascha en, indirect, de ploeg zelf voor advies omtrent training en testen. Mijn achtergrond als sportwetenschapper bij de Bakala Academy in Leuven heeft me altijd gefascineerd. De theorie was interessant, maar de vertaling naar de praktijk fascineerde me nog meer. Toen de kans zich voordeed om als trainer aan de slag te gaan, hoefde ik niet lang na te denken. Eindelijk kon ik de kloof tussen wetenschap en praktijk overbruggen, waarvan ik geloof dat er nog veel onontgonnen terrein is.
Als trainer binnen onze wielerploeg zijn mijn belangrijkste verantwoordelijkheden en taken veelzijdig. Mijn hoofdtaak is de begeleiding van 10 rensters binnen het team. Ik sta ook klaar om andere rensters te adviseren wanneer dat nodig is. Daarnaast speel ik een cruciale rol in de samenwerking met de ploegleiding, met betrekking tot zaken zoals de indeling van het seizoen en de periodisering van wedstrijden. Bovendien heb ik vanuit mijn achtergrond als wetenschapper de verantwoordelijkheid voor het gebruik van voedingssupplementen die bijdragen tot een betere prestatie.
Samenwerken is de sleutel tot succes in mijn rol als trainer. Hoewel ik als trainer het trainingsplan uitzet, is inbreng van anderen van vitaal belang. Dit omvat de wedstrijdkalender en doelen van de ploegleiding, medische begeleiding van de teamdokter en voedingsadvies van een sportdiëtist. Regelmatig overlegmomenten inplannen met rensters, ploegleiding en de dokter zijn essentieel om een multidisciplinaire benadering te waarborgen. Ik ben ervan overtuigd dat deze aanpak het beste in de rensters en het team naar boven brengt.
Mijn trainingsfilosofie en aanpak zijn het resultaat van jarenlange ontwikkeling. Hoewel het te uitgebreid is om hier volledig uiteen te zetten, zijn er enkele kernprincipes die me leiden. Een van die principes is dat een 'gelukkige atleet/atlete een gelukkige coach' betekent. Daarnaast hecht ik veel waarde aan een holistische benadering, waarin alles als een geheel wordt beschouwd in plaats van afzonderlijke elementen. Ik zie de mentale aspecten als even belangrijk, zo niet belangrijker, dan de fysieke aspecten. Bij het terugkijken op mijn aanpak door de jaren heen, ben ik er trots op dat ik de atleet/atlete altijd centraal stel, hen controle geef, structuur in het trainingsproces laat aanbrengen en constant in contact blijf.
In de aanloop naar belangrijke wedstrijden of het seizoen probeer ik de trainingen in verschillende periodes in te delen, elk met hun eigen focus. Dit omvat een fase waarin algemene trainingseenheden centraal staan, gevolgd door een periode waarin specifieke trainingseenheden voor wedstrijden prioriteit hebben. De cyclus wordt afgesloten met een periode waarin de trainingsbelasting wordt verminderd. De duur van elke fase hangt af van het moment in het seizoen. Bijvoorbeeld, in de winterperiode is de initiële algemene voorbereidingsfase aanzienlijk langer dan in de opbouw naar de nationale kampioenschappen tijdens het wedstrijdseizoen.
Het omgaan met de individuele behoeften en doelen van rensters, gegeven hun uiteenlopende niveaus van ervaring en vaardigheden, is een complexe taak. Zoals eerder benadrukt, staat de atleet/atlete altijd centraal. We werken vanuit hun huidige situatie en de benodigde eigenschappen voor hun wedstrijden die ze als doel hebben. Een zorgvuldige planning wordt opgesteld op basis van hun niveau, vaardigheden en doelen. Deze plannen worden voortdurend bijgestuurd op basis van de voortgang in training, wedstrijden en voortdurende gesprekken.
Als trainer in een wielerploeg, ondervind ik specifieke uitdagingen. Het grootste obstakel ligt in de talloze factoren die van invloed zijn op het proces en de prestaties van de rensters. Daarom is communicatie van vitaal belang, en ik besteed veel aandacht aan het nauwgezet volgen van dit aspect.
Het meest bevredigende aspect van mijn rol als trainer is ongetwijfeld de glimlach op het gezicht van een renster wanneer ze haar persoonlijke doelen bereikt. Het systematisch toewerken naar deze doelen en samen obstakels overwinnen is een voortdurende uitdaging, maar het geeft een diep gevoel van voldoening wanneer dit met succes wordt bereikt.
Gedurende mijn tijd als trainer heb ik verschillende hoogtepunten en memorabele momenten ervaren. Persoonlijke prestaties tijdens het Nederlands Kampioenschap in Elspeet of het Europees Kampioenschap op de VAM-berg behoren tot mijn hoogtepunten. Evenzeer kan ik achteraf ook altijd genieten van iemand in de tijdrit Baloise Ladies Tour of Simac Ladies Tour naar haar persoonlijk beste tijdrit te coachen. Ik moet toegeven dat deze momenten me emotioneel raakten, meer dan ik ooit had verwacht. Wat deze hoogtepunten voor mij bijzonder maakt, is niet alleen het succes op zich, maar vooral het proces dat eraan voorafging.
Mijn doelen en ambities als trainer binnen het team voor de toekomst zijn gericht op de voortdurende ontwikkeling van zowel individuele rensters als het team als geheel, met de focus op fysiologische vooruitgang. Ik streef ernaar dat rensters zich op diverse vlakken blijven verbeteren. Mijn belangrijkste doel is om wetenschappelijke inzichten te vertalen naar de praktijk, zelfs als deze twee werelden soms met elkaar in conflict zijn.
Mijn typische werkdag als trainer varieert en is niet gebonden aan vaste werktijden. Ik ben van mening dat als trainer je altijd beschikbaar moet zijn voor je rensters, minstens 95% van de tijd. Een standaard dag bestaat meestal uit drie delen. In de ochtend werk ik van 8 tot 12 uur aan trainingsplannen, bespreek ik schema's en heb ik contact met rensters over hun trainingen. Daarna neem ik de tijd voor een sportieve activiteit of ontspanning. In de namiddag werk ik van 15 uur tot rond 20u, waarbij ik trainingen van die dag bekijk en gesprekken voer met rensters, vooral degenen die 's ochtends trainen of nog naar school gaan.
Om mijn kennis en vaardigheden als trainer up-to-date te houden en op de hoogte te blijven van de nieuwste ontwikkelingen in de wielersport, lees ik dagelijks minstens één wetenschappelijk artikel. Dit doe ik via internet, met behulp van de toegang die ik heb via mijn werk aan de KU Leuven. Daarnaast bezoek ik jaarlijks minstens twee of drie conferenties over onderwerpen gerelateerd aan wielrennen. Ten slotte is mijn belangrijkste bron van informatie de onderzoeksgroep Inspanningsfysiologie aan de KU Leuven, die zich uitsluitend bezighoudt met onderzoek en vaak beschikt over informatie voordat ze bekend zijn bij het grote publiek.
Buiten mijn rol als trainer heb ik een passie voor Italië, waar ik graag geniet van de Italiaanse keuken, bij voorkeur met een Gin-Tonic op een charmant terras. Bovendien vind ik het leuk om af en toe een autoracecircuit te bezoeken als een afleiding van de wereld van het wielrennen.